Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ziet, als die wand zal gevallen zijn, [36]zal dan niet tot u [37]gezegd worden: Waar is de pleistering, waarmede gij gepleisterd hebt? 36. Deze vraag verzekert sterkelijk. 37. Te weten van de lieden, die voorbijgaande, den inval van het huis zien zullen, of die daarvan enige kennis zullen hebben.